Zaterdag 23 februari 2008

Een 0,4952 marathon
Knotwilgenloop 2008 startDe Knotwilgenloop (Woerden-Oudewater v.v.) deed dit jaar zijn naam eer aan: er was namelijk 'beknot' op de afstand. Vlak voor de start meldde de speaker nogal laconiek dat door wegwerkzaamheden bij Oudewater het keerpunt ongeveer 100 meter eerder was komen te liggen dan wat nodig was voor een door de KNAU erkende halve marathon afstand. Wel een wedstrijd dus, maar niet officieel. Jammer voor de PR-jagers, want het telt niet. Nou bleken bovendien heel veel deelnemers een PR gelopen te hebben. 'Een dik PR!’ gonsde het na afloop door de hele kleedkamer. Maar ja, als bij mij km 11 in 3:38 gaat en de overige gemiddeld op 4:16 uitkwamen dan hebben ook zij dus allemaal een bonus van zo'n 38 seconden gekregen oftewel een afstand van 148 meter tegen 14,03 km p/uur. Al dit gereken en gemopper kan er echter toch niets aan afdoen dat het best lekker ging vandaag en dat mijn snelheid door al die marathons niet al te veel geleden blijkt te hebben. De wekelijkse baantraining doet in dat opzicht dus goed werk. Ondanks de wind die we tussen Woerden en Oudewater merkbaar tegen hadden (maar terug weer mee, natuurlijk) zat het tempo er goed in. De eerste 10 km werden (met tegenwind) in een verdienstelijke 43:12 geklokt en op de streep stond de teller op 1:29:35! Eindelijk eens onder de 1:30 (o nee, ik vergeet de 40 seconden bonus er bij op te tellen…).
Maar alle gekheid op een stokje: was het wél exact een halve geweest, dan was de eindtijd zo rond de 1:30:15 geweest, zonder meer mijn op één (Linschoten 2006) na snelste 21,1 km. Hiermee heb ik bewezen dat de 1:30-er in 2006 geen uitschieter is geweest. Boven de 14 p/u gemiddeld lopen in een halve is nu immers opnieuw mogelijk gebleken.
Het parcours van de Knotwilgenloop is landelijk en mooi (met volgens de organisatie 1000-en knotwilgen langs de route, ik heb hun telling niet gecontroleeerd) en door zijn relatieve kleinschaligheid een aantrekkelijk alternatief voor zijn grotere broertje, de Linschotenloop). Het was wel opletten geblazen, want door de modder waren de weggetjes hier en daar verrraderlijk glad. De start- en finishaccomodatie op de tartanbaan van AV Clytoneus laat niets te wensen over.

Zaterdag 16 februari 2008

Zware lucht
Vanmiddag heb ik een lange duurloop gedaan van zo'n 26 kilometer met een gemiddelde van 11,5 km/uur. Marathon-tempo van een 3:40-er dus. Op zich niets opvallends, ik heb wel eens langere duurlopen in dit tempo gelopen. Het weer was prima: een paar graden boven nul, dun laagje ijs op de slootjes, daarboven een strakblauwe lucht en een windkrachtje 3 á 4 uit het noordoosten. Mooi februari-winterweer dus. Maar wat maakte het dan zo zwaar? Ik had voortdurend het gevoel dat ik aan het aqua-joggen was, zoveel weerstand gaf het lopen. Na afloop was ik afgepeigerd en zo'n beetje de hele avond heb ik op bed gelegen. Op de KNMI-site vond ik dit berichtje:
'16 februari 2008 - De barometers in De Bilt hebben in februari niet eerder zo'n hoge stand aangewezen. Zaterdag werd 1046,7 hPa gemeten. Het vorige record was 1045,6 hPa op 17 februari 1959'
Zou dat het geweest zijn? Een dichte en loodzware luchtkolom waar ik me doorheen moest worstelen? Of waren het de glaasjes witte wijn van gisteravond? Wie zal het zeggen?

Zondag 10 februari 2008

Toch ultra?
Een paar weken geleden zwoor ik tijdens de looptraining bij Kombisport nog: 'Ultra? Da's niets voor mij!'. Het zou hoogmoed of een symptoom van loopverslaving kunnen zijn, maar de gedachte aan afstanden 'beyond the marathon' blijven door mijn hoofd spoken en kriebelen als hooikoorts (het is immers zonnig en bijna 15 graden vandaag, ja, inderdaad, begin februari!). Na in nog geen anderhalve maand 317 km en 2 marathons gelopen te hebben lijkt de marathonafstand een wat minder grote uitdaging dan hij ooit was. Dat heeft er vermoedelijk mee te maken dat ik me niet meer zozeer richt op een schitterend PR, maar meer op het rustig en gestaag 'flyeren' van die afstand. Die afstand! Ja, daarin zit hem nu blijkbaar de kick: afstand! Het zou me niet verbazen als ik dit jaar eens ging experimenteren op de 50 km of zo. Of is het een vlaag van hoogmoed en waait het wel weer over? En is mijn lichaam er wel zo blij mee? We zullen het zien.

Zondag 3 februari 2008

Een voorzichtige marathon
Midwinter marathon 2008 finish'Berekenend' gelopen, zo kun je mijn persoonlijke versie van de Midwintermarathon 2008 het beste samenvatten. Vorige maand heb ik tijdens de LPM ervaren hoe prettig het is om een relatief langzame eerste halve te lopen, zodat je gedurende de tweede 21,1 kilometer nog de beschikking hebt over een méér dan halfvolle tank. Daardoor gedurende de laatste 10 kilometer géén uitputtingsslag, géén hunkering naar de finish, géén door vermoeidheid opgelegde snelheidsbeperking. In plaats daarvan het versnellen, het terugwinnen van de tijdsachterstand van het eerste gedeelte, de volledige controle over je eigen lopende wezen. Zodat er na het eindsprintje richting finish naar je gevoel best nog wel wat kilometertjes bij hadden gekund. De marathon tot kunst verheven.
Ja, dat klinkt allemaal wel mooi, en dat was het ook - maar de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik het tijdens die tweede keer klimmen van Apeldoorn naar Hoog Soeren en dan vooral op het beruchte stukje weg tussen Hoog Soeren en de Provinciale weg richting Apeldoorn tóch wel een beetje lastiger had dan vorig jaar. Toen liep ik een veel snellere eerste helft en ondanks dat een vrijwel even snelle tweede helft als dit jaar. Dat het zo zou zijn wist ik van tevoren al, want ik heb de marathonfrequentie het laatste half jaar flink opgevoerd naar gemiddeld één per maand en omdat ik dat ook dit jaar nog wil doorzetten moet ik bewust concessies doen aan de snelheid. Wel méér marathons maar niet méér slijten, dat is mijn devies. En omdat dit nog maar het begin van het jaar is heb ik me dus opzettelijk ingehouden. Daarbij speelde ook de recente peesontsteking aan de linkerschouder mee (waarvan ik gelukkig nauwelijks last had) en de net van een blessure herstelde rechtervoet. Zou ik een lage 3:30-er hebben proberen te lopen dan zou ik veel op het spel hebben gezet. Nu heb ik aan deze marathon een fijn gevoel overgehouden en is een lang herstel niet nodig.
Uitgerekend tijdens de Midwintermarathon was het eens een keer niet zo 'warm voor de tijd van het jaar'. De wind maakte het voor het gevoel behoorlijk kil en zelfs na een warme douche bleef de kou nog een hele tijd in mijn lijf zitten. Ach, we zijn niets meer gewend want dit was toch gewoon ‘normaal’ weer voor begin februari. Ondanks het gebruikelijke pendelbusjescircus (3 busjes heen en 3 busjes terug) en wat problemen doordat ik de chip waarmee ik me vooringeschreven had thuis niet kon vinden, was ik toch op tijd bij de start. Daar kreeg ik plotseling een flinke por in de rug; toen ik omkeek zag ik de ‘onschuldige’ gelaatsuitdrukkingen van mede-Kombijers Jan, Theo en Jaap die vlak achter mij stonden. Ook kwam ik mijn kamergenoot uit Genk, Horst Preizler, weer tegen. Dat is op zich niet zo bijzonder, want hij loopt zo ongeveer mee in alle marathons die er ergens op de wereld worden uitgezet. Het was een mooie gelegenheid om hem aan de Kombij-trio voor te stellen. Jan, Jaap en Theo zijn al meteen op me uit gaan lopen zodat ik ze tijdens de wedstrijd niet meer gezien heb. Jaap al helemaal niet, want die liep de Asselronde, en dat gaat nóg sneller. Wel stond Theo me de laatste 500 meter voor de finish enthousiast aan te moedigen. Die Jan kent na zo veel wedstrijden zichzelf toch nog steeds niet, lijkt het wel. Hoewel hij met nadruk beweerde niet in vorm te zijn - zelfs aankondigde de marathonafstand voor de Asselronde te zullen ruilen - liep hij tóch de marathon en wel onder de 3:35! Of zou hij ook voor zichzelf onbekende geheime reserves hebben?

(netto eindtijd 3:44:50, eerste helft 1:54:36, tweede helft 1:50:14)
Plaats 60/136 M50

Grafiek snelheidsverloop
Een rustige opbouw