Nog steeds duiken er flitsen van beelden op van de nachtelijke ultra. Een groot schip dat als een donker silhouet met verblindende schijnwerpers de grote sluis werd ingesleept. De plotselinge gladheid in Wijk aan Zee en IJmuiden. De vuurtorens. Het gevoel alsmaar over een smal paadje te lopen dat werd gemarkeerd door de voetstappen van eerdere lopers, terwijl het strand toch zó breed was... De shock om vanuit deze ruimtewereld plotseling op benauwde en slecht zichtbare duintrails te belanden. Het vreemde gevoel van klimmen in het donker, terwijl je de helling niet voor je ziet.
En zo gaat het maar door. Inmiddels is duidelijk geworden dat maar 11 lopers de hele 90km hebben gelopen. Uit het startveld van Marathon Plus alleen ondergetekende. Ik heb veel te danken aan Ton van der Veldt. Hij heeft mij door moeilijke episodes heengesleept, en af en toe deed ik dan wat terug als hij het weer eventjes moeilijk had. Was ik alleen geweest na Wijk aan Zee, dan zou ik waarschijnlijk ergens in IJmuiden gestrand (!) zijn.
Zondag heb ik nog een herstelloopje gedaan dat echter toch weer uitgroeide tot bijna anderhalf uur. Vandaag ben ik lusteloos en brak, maar met een paar loopvrije dagen zal het wel weer goed komen. Het lastige is dat ik afgelopen nacht ook weer geen oog dicht heb gedaan, door onrustige spieren.
En nu is het koud en het vriest. De winter is in het land. En dus ook (en nog een beetje strenger) in Duitsland. Wat zou de Brocken over twee weken in petto hebben voor een waarschijnlijk nog steeds niet helemaal herstelde loper...? Nou, kijk maar.
O ja, nog een wapenfeitje: de DCUBN was mijn 75e marathon/ultra!
27-28 januari 2011
In de tredmolen
Lopen langs het strand is mooi. Het gezicht op de zee en de duinen, de wijdse ruimten, het onophoudelijke geluid van de branding, het gekrijs van de meeuwen. Het is nog mooier op vroege zomerochtenden terwijl de badgasten zich in hun vakantiehuisjes of hotelkamers nog een keer op hun andere zijde wentelen. Of op kille winterdagen wanneer zee en wolken een stilleven in grijstinten zijn en de wandelaars met hun honden achter de open haard van een glas glühwein genieten. Of wanneer de storm het witte schuim over het smalle vloedstrand blaast en er bijna geen doorkomen aan is.
Maar het allermooiste strand hebben wij vannacht ervaren. Een eindeloos lint van zand en schelpen dat zich, vaag oplichtend onder een majesteuze met sterren bezaaide hemelkoepel, in de verten vóór en achter je verliest. De hoog boven ons rondzwaaiende lange witte armen van de vuurtorens die altijd misgrepen. De branding die rustig uitrolt op het strand, een rand van schuim achterlatend die fel opvlamt in de lichtbundel van je hoofdlamp.
De strandloop van Den Helder naar Parnassia aan Zee en weer terug naar IJmuiden bood dat allemaal. Met als toegift het verre opflakkeren van de bliksem in onzichtbare buiencomplexen ver weg boven de Noordzee.
De strandloper moet opgewassen zijn tegen gevoelens van eenzaamheid en verlatenheid. Hij moet zich niet van de wijs laten brengen door illusoire beelden die veroorzaakt worden door de volstrekt vertekende verhoudingen: de twee koplampen van een auto op het strand die maar niet dichterbij lijken te komen en na een uur lopen twee lantarenpalen blijken te zijn die een verlaten strandopgang op volkomen zinloze wijze verlichten. Het grote, met lichtjes versierde zeilschip dat, dansend op de golven, met je mee vaart en bij nader inzien een loper met reflecterende kleding blijkt te zijn die zich tussen jou en de vloedlijn bevindt. De zwarte pilaren die, van hemel naar aarde reikend, plotseling op je pad opdoemen en die het houten skelet blijken te zijn dat een afgebroken strandtent ooit boven de golven moest verheffen. Maar bovenal: het gevoel zelf al lopend stil te staan, alsof je uren lang een tredmolen betreedt zonder ook maar een meter verder te komen. De silhouetten van de lopers om je heen lijken in betovering gevangen dezelfde eindeloze en zinloze dans uit te voeren.
Het zijn indrukken die vermoeien, veel meer dan het vlakke en goed beloopbare strand dat zelf kan doen. Na dit zo'n zes uur volgehouden te hebben was voor veel lopers op het vijftig kilometerpunt de maat vol. Hoewel er van Castricum tot Wijk aan Zee nog maar zo'n zeven kilometer strand restte deden het vooruitzicht op het labyrinth van het sluizencomplex van IJmuiden en de horrorverhalen over donkere duinen waar je zonder GPS vrijwel zeker zou verdwalen en waar de uitgeputte lopers vervolgens een gemakkelijke prooi zouden zijn voor grote horden boze koeien met puntige horens of laaghangende boomtakken, deden de rest.
Zeker, het was zwaar. Maar vooral psychisch zwaar. Het strand was hard en vlak en breed, het was lekker koud maar zeker geen diepvries en de wind aaide ons zachtjes over onze in mutsen gestoken bolletjes. De paar ijskoude natte voeten in een mui horen er gewoon bij. Goed, de duinen waren pittig en het uitzetten van een route in het aardedonker langs het hek van een kerkhof, waarachter vreemde lichtjes op de graven brandden, getuigt van een zekere mate van morbide fantasie. Maar de doorgewinterde ultra's die uitstapten waren hadden veel zwaardere tochten gelopen. Zo vroeg in het jaar en met een trainingsachterstand was het misschien voor velen op dit moment nog net iets te hoog gegrepen.
Hoe dan ook, de organisatoren Rinus van der Wal en Ferry van der Ent zijn er in geslaagd om een mooie en zware ultra te organiseren die bovendien karakteristiek is voor de Nederlandse noordwestkust. Alle lof voor de inspanningen die zij zich getroost hebben en zij mogen trots zijn op het resultaat. De verzorgingspost na vijftig kilometer in Castricum was in het diepst van de nacht als een fata morgana in de woestijn van de verder volledig verlaten kuststrook. En in tegenstelling tot alle stroboscopische illusies onderweg was déze illusie tenminste echt: onbeperkt smullen en een gastvrije warmte. Was dat misschien niet de échte reden waarom relatief veel lopers het niet meer konden opbrengen om vanuit die warme weldaad weer de koude en donkere nacht in te gaan?
Tot slot: mijn complimenten gaan ook uit naar de prima ontvangst in de Pierewaai in IJmuiden. Alles wat het hart van een uitgeputte loper kan begeren was er aanwezig. Het gebakken ei met koffie was een feestmaal!
De eerste echte uitdaging van dit jaar komt angstvallig dichter bij, de nachtelijke strandloop van Den Helder naar IJmuiden. De verkenningsloop van vorige week heb ik vandaag nog eens dunnetjes overgedaan. Met name de route door de Heerenduinen wilde ik nog een keer verkend hebben omdat ik dat gedeelte van de duinen, langs Driehuis en Westerveld, niet zo goed ken. Om de lengte van de duurloop, met minder dan een week te gaan tot de start van de 'echte' ultra, binnen acceptabele grenzen te houden heb ik me door de trein naar Beverwijk laten brengen. Van daar uit ben ik naar Wijk aan Zee gelopen om daar de pogingen om de gestande 'Aztek Maiden' los te trekken te aanschouwen. Ik was niet de enige, de hele weg van Beverwijk naar Wijk aan Zee (Zeestraat) was in beide richtingen verstopt door stilstaande auto's, maar ook op het fietspad was het een gekkenhuis. De hedendaagse mens is kennelijk toch wel erg bang om iets te moeten missen...
Wat niet wegneemt dat het een imposant schouwspel was om de grote zeesleper te zien tornen aan de lange kabel die hem met het gestande schip verbond, terwijl schepen van de kustwacht en de reddingboot een oogje in het zeil hielden in de stormachtige branding. Zij moesten verhinderen dat de kitesurfers te dicht bij de sleepkabel kwamen. Dat is namelijk levensgevaarlijk, want als deze breekt zwiept hij alle kanten op. Merkwaardig genoeg was het op het strand zelf veel minder druk dan op de wegen ernaartoe. Kennelijk hielden de mensen het in de harde westenwind als snel weer voor gezien om in het dorp de overvolle café's in te duiken.
Via het strand heb ik mijn weg vervolgd naar de Noordpier, dan langs het Tata terrein terug naar Wijk aan Zee en vervolgens via Beverwijk en het sluizencomplex naar IJmuiden. Het oversteken van de sluizen heeft me veel inspanning gekost door de inmiddels stormachtige wind die vanaf zee recht in mijn gezicht blies. In IJmuiden ben ik een beetje verkeerd gelopen, zodat ik veel te westelijk op de Heerenduinweg uitkwam. Een verbeterpuntje dus. Het stuk door de duinen ging echter prima, zodat ik zonder ook maar één keer verkeerd gelopen te hebben in de invallende duisternis bij uitgang Duin en Kruidberg aankwam. Daarvandaan ben ik langs de kortste weg naar huis gelopen. Totale afstand 35 kilometer in vier en een half uur (inclusief het oponthoud bij het gestrande schip).
Na afloop zat ik er behoorlijk doorheen, dus hoe zal dat gaan na eerst zeventig kilometer over het strand gelopen te hebben. Hopelijk heb ik dan een goede dag (nacht), want anders wordt het afzien, wandelen of misschien zelfs inkorten.
Ik ben er trouwens van overtuigd dat veel lopers (en zeker degenen die niet aan de verkenningslopen hebben meegedaan) in de duinen zullen verdwalen en uiteindelijk via langere of kortere routes bij de finish zullen komen. Oftewel, tijden vergelijken zal erg moeilijk worden, want de individuele afstanden zullen sterk verschillen. Maar dat is nu eenmaal de consequentie van het 'niewe ultralopen' zoals Rinus dat in zijn blog beschrijft, waarbij er steeds meer van uitgegaan wordt dat de deelnemers m.b.v. GPS of kaartlezen zelf hun weg moeten zien te vinden langs het (niet uitgepijlde) parcours. Overigens bestaat dat concept al veel langer, getuige de Engelse 'Mountain marathons', waarbij je pas vlak voor de start de coördinaten opgegeven krijgt van de checkpoints die je moet zien te vinden midden in het ruige landschap. Het is dan de kunst om zelf de kortste route tussen die checkpoints te vinden en er geen enkele over te slaan, want dan kom je niet in de uitslag. Ik ben wel een voorstanden van dit soort ultralopen, het wordt dan een echte zwerftocht in plaats van het toch wel wat kunstmatige en veilige volgen van een uitgepijlde route.
14 januari 2012
Het komt weer op gang
In de gedaante van de verkenningsloop voor de Dutch Coast Ultra Run by Night heb ik de eerste ultra afstand van 2012 volbracht. Hopelijk is hiermee de 'loopdip' van rond de jaarwisseling afgesloten en kan ik weer vol goede moed vooruit gaan kijken naar de uitdagingen die dit jaar qua lopen op mijn pad komen.
Ik heb genoten van de groepsloop die bij het NS station van Beverwijk startte en ons via het sluizencomplex van IJmuiden naar de Heerenduinen voerde. Daar begon een 14 kilometer lang tracé door Duin en Kruidberg en de Kennemerduinen dat door Ferry van der Ent was uitgezet. Mede-organisator Rinus van der Wal had deze route op zijn GPS staan en was de enthousiaste gids en aanvoerder van het twee vrouwen en vijf mannen tellende groepje. Een verslag en foto's van deze loop staat op de site van Rinus.
In de Kennemerduinen ken ik elk paadje, maar in Midden Heerenduin had Ferry toch een aantal mij onbekende trails weten te vinden. Een mooie aanwinst. Het traject door de duinen is zwaar te noemen, met ruim 250 hoogtemeters en veel lastige trails met rul zand, stenen en boomwortels. Toch had Ernst Jan Vermeulen geen boomstronk nodig om te vallen: hij had genoeg aan een kuil in de weg in het IJmuidens havengebied. Wel jammer van dat grote gat in zijn broek, maar gelukkig was de daaronder liggende knie minder beschadigd.
En dan te bedenken dat we dat stuk door de duinen op 28 januari voornamelijk in het donker zullen moeten doorkruisen na al meer dan 70 kilometer afgelegd te hebben, grotendeels over het strand! Wie dat probeert zonder kennis van het gebied of zonder GPS gaat geheid de mist in. Het meest waarschijnlijke scenario is dat zo iemand de bewegwijzering gaat volgen en zo via fietspaden langs de kortse weg naar Parnassia gaat lopen. Helaas staat er op de Lichtbakkeet een (nu niet meer) geheime controlepost!
Er werd in een stevig tempo (10 km/uur) doorgelopen, voor mij eigenlijk wedstrijdtempo. Toch hield ik het goed vol, ook op het strand van Parnassia naar IJmuiden waar we de (zwakke) wind tegen hadden. Na de finishplaats (clubhuis de Pierewaai dat verstopt ligt achter de basaltmuur van de Zuidpier) bezocht te hebben ben ik samen met Tom van der Veldt via de Kennermerduinen (Bleek en Berg) weer naar huis teruggelopen. Omdat ik 's ochtends ook al vanaf Haarlem naar de startplaats in Beverwijk had gelopen kwam het dagtotaal uit op 55 kilometer.
De volgende dag heb ik de Kennemerduinen opnieuw opgezocht om rustig uit te lopen en dat ging verrassend gemakkelijk. Kortom, het ultra-gevoel begint weer een beetje terug te komen.
Trainingsloop 55 km, 250phm
Netto 5:30 (bruto 6:45)
1 januari 2012
Hardmoors of Hardleers?
Dat kun je je afvragen nu mijn tweede buitenlandse inschrijving voor dit jaar een feit is. Want de Hardmoors 55 is geen sinnecure. De 88 kilometer lange trail over de North York Downs in midden Engeland is de afgelopen jaren gekenmerkt door kou en regen, waarbij onderkoelingsverschijnselen bij de lopers eerder regel dan uitzondering waren. Medio maart roert de winter nog steeds behoorlijk zijn staart in dit heuvelachtige, verlaten gebied!
Maar ik ben blij dat ik de beslissing heb genomen. Want deze loop bevat alle elementen die mij aantrekken: een uitdagende, maar niet al te extreme afstand, het ruige landschap, het onberekenbare weer, het laatste deel in het donker en Engeland natuurlijk.
De site is informatief en wekt een betrouwbare indruk en in tegenstelling tot vorig jaar (toen ik ook al naar deze loop lonkte!) is automatisch inschrijven en betalen met creditcard nu ook mogelijk. Veertig pond inclusief busvervoer naar de start is ook niet overdreven duur. Een vlucht Amsterdam-Leeds was snel geregeld. Vanaf Leeds is er een goede touringcarverbinding met Middlesborough (3 uur rijden), vanwaar er een 1-uurs lokale busverbinding is met het gehucht Guisborough, waar de finish is en waarvandaan de bus naar de startlocatie vertrekt. Het vinden van een onderkomen in Guisborough was nog het lastigste, maar uiteindelijk heb ik kunnen reserveren in een betaalbare Inn, de enige in die plaats zo lijkt het, behalve een peperduur country hotel dan.
Allemaal geregeld dus, maar het wordt wel een uitdaging. De start is om 9 uur, finishen kan nog tot middernacht, 15 uur later... Er zijn diverse technisch lastige beklimmingen en afdalingen, zoals de Roseberry Topping die waarschijnlijk in het donker bedwongen moet worden. Maar ik heb er zin in, het kan een mooie gaan worden!