Zaterdag 31 januari 2015

Kun je door dat bos naar Arnhem lopen?

Posbank n de sneeuwStel, je woont in Loenen aan de rand van het dorp en je zit op je vrije zaterdagmiddag even bij te komen op een bankje in de tuin. Een dikke jas aan, dat wel, want het is amper boven nul en er ligt sneeuw. Komt er zo'n verkleumde hardloper voorbij die vraagt: 'Kunt u mij vertellen hoe ik hiervandaan het snelst in Arnhem kom?'. Wat doe je dan? De kortste fietsroute is altijd nog zo'n 20 kilometer lang, maar daar heeft die verwaalde loper niets aan. Dus je wijst hem de weg nar de dichtstbijzijnde bushalte. 'Je moet de bus hebben naar Eerbeek, en dan via Dieren en Velp naar Arnhem'. 'Nee', zegt die hardloper, en wijst naar de bosrand. 'Ik bedoel door dat bos daar'. Dat 'bos' is echter geen parkje, maar het zuidoostelijke deel van de Veluwe. Niet het kleinste bosje van Nederland. En door de sneeuw lastig begaanbaar. Logisch dat je dan aan de verstandelijke vermogens van die gast gaat twijfelen, je hoofd schudt en zegt: 'Bedoel je lopend, hardlopend?'. Daarna sta je snel op, loopt naar binnen en trekt de deur achter je dicht. Er lopen tenslotte al genoeg gekken rond de laatste tijd.

Maar goed, voordat we vertellen hoe dit afliep, eerst even terug naar het begin van dit verhaal. Want er moest getraind worden. Voor de Brocken Challenge over twee weken. Vanwege een wat pijnlijke rechterknie bij voorkeur over een enigszins vlak traject. Ik had nog een gratis reisdag ('Opadagje') van de NS te goed, dus waarom niet eens wat verder het land in getrokken? Op de site van Mudsweattrails had ik een leuke route gevonden over 50 kilometer van NS station Deventer naar NS station Arnhem. Weliswaar aan het eind wat klimwerk, maar niet overdreven veel.

Met die route op mijn Garmin stond ik om 10:15 op station Deventer. Maar toen ik de navigatie opstartte kwam er een foutmelding. Oeps, ik had verder geen enkele kaart bij me, dus ik was wel van dat ding afhankelijk! Na een kwartiertje goochelen met de knoppen en instellingen van de Dakota had ik het ding eindelijk aan de praat en kon ik gaan lopen.
Op de site van Mudsweattrails staat: 'Je start in het prachtige rivierenlandschap rond Deventer om vervolgens via landelijke gebieden over dijkenpaadjes en langs sprengbeken je weg te zoeken richting de Veluwezoom'. Inderdaad, dat klopte helemaal. Maar de nadruk kwam toch vooral te liggen op dat 'je weg zoeken richting de Veluwezoom'. Want al in Deventer merkte ik dat ik een rondje gelopen had en weer op hetzelfde punt uitkwam. Wat was er mis? Met wat vragen kwam ik via drukke zaterdagmarkten en over gladde trottoirs uiteindelijk bij de IJsselbrug uit. Even daarna ging het weer mis en stuurde de Garmin me het terrein van een tuincentrum op. Wat was er toch aan de hand? Snel rechtsomkeerd gemaakt en daarna lukte het beter. Over de binnendijkjes van de IJssel ging het langs de grens tussen Gelderland en Overijssel zuidwaarts. Prachtig zonnig weer, felwitte sneeuwvlakten, werkelijk schitterend daar. Plotseling hield de route op. Geen navigatie meer. Inmiddels was ik er wel achter dat er met het downloaden en installeren van de Mudsweattrails route iets faliekant misgegaan moet zijn. Maar daar had ik nu weinig aan. Wel zag ik dat een stuk verderop, in de buurt van Voorst, weer een stukje route zichtbaar was op de display. Dus ben ik daar op eigen kompas, intuïtief richting zoekend, naar toe gelopen. En inderdaad, de Garmin pakte de roue weer op. Zucht. Tot Klarenbeek dan, want daar was het definitief over. Gelukkig waren er in dat gebied genummerde fietsroutes met op gezette plaatsen kleine overzichtskaartjes die ik kon gebruiken om verder mijn weg te zoeken richting Loenen. Ook zag ik in de verte duidelijk de heuvels van de Veluwezoom liggen. Maar ja, hoe doorkruis je de Veluwe zonder kaart en zonder navigatie? Dat was dus de vraag die ik aan die man in Loenen stelde.

Die kon me dus niet verder helpen. Maar ja, we zijn in Nederland en dat is niet het einde van de wereld. Bovendien kon ik mijn Garmin wel als kompas gebruiken. Zolang ik maar zuidzuidwestwaarts ging moest ik er vanzelf komen. Een enkele ANWB paddenstoel bevestigde dat ik inderdaad gestaag richting de Posbank ging. Wauw, wat was het daar mooi in de bossen, op de Loenermark en het Rosendaalse Veld! De laagstaande zon, de sneeuw, de donkere dennen zorgden voor fantastische contrastrijke plaatjes. Richting de Posbank werd de sneeuwlaag steeds dikker, tot wel tien centimeter toe. Het werd echt ploeteren á la Brocken en het begon zelfs weer te sneeuwen! Nee, een betere voorbereiding had ik me niet kunnen bedenken. Uiteindelijk kwam ik na 50 kilometer en ongeveer zes uur lopen (plus een half uur voor koffiepause in Klarenbeek en het maken van circa 30 foto's) niet in Arnhem aan maar in Velp. Daarvandaan heb ik de bus naar Arnhem CS genomen.

Wat me is bijgebleven is een 'mini-Brocken' gevoel van een loop die voor de helft uit agrarisch 'laagland' en voor de helft uit geaccidenteerd bosgebied bestaat en die voert naar het hoogste punt van de omgeving, in dit geval de Posbank. O ja, en dezelfde IC naar Duitsland waar ik in dit geval echter al in Deventer uitstapte.
En die knie? Ja, het lopen door die sneeuw was eigenlijk niet zo goed. Maar het gaat. Ben alleen ongelooflijk duf en stijf. Morgen maar even een stukje lopen.

Linkje naar het fotoalbum

 

9-10 januari 2015

The Perfect Storm

DCURBN 2015 Ter hoogte van Huisduinen
'Geen zicht op geen strand.'
Met deze bemoedigende woorden stuurde mede-organisator Rinus vanaf de eerste post aan het begin van de dijk bij Petten weer de nacht in. Deze vijf woorden zijn een perfecte karakterisering van de nu al historische 5e editie van de DCURBN. In het holst van de nacht bulderde de storm. Het schuimende water stond tot aan de weggeslagen duinen. In de felle lichtbundels van hoofdlampen werden temidden van wolken opwaaiend schuim menselijke gestalten zichtbaar die zich op het glijdende zand van het duin moeizaam staande probeerden te houden op de rand van een zwart gat waarin het ziedende zeewater kolkte. Ver voor hen uit rende de latere winnares alsof haar leven er van af hing. En dat was ook zo, want ze zakte bijna weg in het drijfzand.
Is dit heroïek? Welnee, dat woord was al gereserveerd voor de Halve van Egmond die datzelfde weekend, comfortabel overdag en bij afgaand tij zou plaatsvinden. Deze nacht was er niemand heroïsch bezig. Dit waren ervaren, nuchtere types van weinig woorden. Ultralopers die een trail van 100 kilometer of meer een 'mentaal spelletje' noemen.
Dit was de Dutch Coast Ultra Run by Night. Oftewel de langste strandloop ter wereld. Ooit begonnen als een reactie op de scherpe tijdslimieten bij de Jan Knippenberg Memorial. De afstanden en het afzien waren voor deze mensen geen probleem. Ze houden vol, ze bijten zich vast. Alleen zijn ze niet altijd even snel. Vandaar dat er 5 jaar geleden door Rinus en Ferry een wilde loop van ruim honderd kilometer van Den Helder tot ergens in Zuid-Holland werd georganiseerd waarbij 'tijd geen rol speelde'. Inmiddels is deze loop uitgegroeid tot een fenomeen en is er ook een zomereditie bij gekomen. En kan er gekozen worden uit afstanden van 25, 50 en 100 kilometer.

Beruchte edities zijn er inmiddels geweest. Regen en wind, sneeuw en ijs. Maar altijd was er dat strand. Dat mooie, brede strand, al dan niet verlicht door de eerste volle maan van het jaar.
En dan, eindelijk, dit jaar 'the Perfect Storm'. Aan de zuidflank van het sturende IJslandlaag Christian was een ware optocht van zeer sterk uitdiepende randstoringen op gang gekomen. Opgejaagd door een krachtige straalstroom trokken deze snel uitdiepend en met een sterk windveld het Noordzeegebied op. Twee daarvan, 'Elon' en 'Felix' geheten, waren van plan om op 9 en 10 januari de Noordwestkust van Nederland op stelten te zetten met een volle windkracht 8 uit het zuidwesten en uitschieters van 9 á 10 Beaufort. Het hek was van de dam, de DCURBN zou gedoopt gaan worden tot volwassenheid.

Natuurlijk hield de organisatie de weersontwikkeling goed in de gaten. En natuurlijk werd de loop niet afgelast. Het is tenslotte geen Berenloop. 'Hier doen we het voor, maar iedereen moet wel doordrongen zijn van de risico's. Bij enige twijfel: begin er niet aan'. Velen begonnen er wel aan, en die hebben misschien wel de nacht van hun leven gehad. Je moet er bij geweest zijn om je er een voorstelling van te kunnen maken. Golven waar strand hoorde te zijn. Oren die gaan fluiten door het constante gebulder van de wind. Lopers die met moeite treintjes proberen te vormen, steeds door de windvlagen tegen elkaar aan geworpen. Een lucht vol zand en schuim waarin het moeilijk ademen is door de druk van de wind.
Van de velen die begonnen hebben velen, waaronder ondergetekende, niet de beoogde afstand gehaald. Slechts enkelen hebben de volle honderd kilometer afgelegd, enkelen 75 kilometer (IJmuiden), de meesten de 50 kilometer (Castricum aan Zee) of de 25 (Petten). Maar iedereen die er bij was heeft een enorme prestatie geleverd, ongeacht de afstand. Elke kilometer die onder deze omstandigheden gemaakt wordt is memorabel.
Het is voor iedereen goed afgelopen. Dat is niet alleen te danken aan de ervaring van de door de wol geverfde deelnemers maar ook aan de uitstekende organisatie door Rinus, Ferry, Henri, Peter en al die anderen. Er is eigenlijk maar één minpuntje. De Deining en de Pierewaai zijn té warm, te gezellig, te uitnodigend. Het contrast met de ontberingen op het strand is zo groot dat je amper de kracht kunt vinden om uit je weer uit je stoel te hijsen en weer de gierende nacht in te gaan. Maar misschien is ook dat wel een deel van het 'mentale spelletje'.

Nederland heeft altijd moeten strijden tegen het water. Inderdaad, dat is heroïsch. Iets van die strijd kon je ervaren bij deze editie van de DCURBN En daarom was het voor mij de eerste 'Echte' Dutch Coast Ultra Run by Night.

Terugblik 13 januari
Drie dagen later is de euforie meestal weer voldoende weggezakt om met een nuchtere blik op de gebeurtenissen terug te kijken. Dit zijn de (ontnuchterende?) cijfers:

Slechts 6 lopers hebben de 100 kilometer volbracht, waarvan twee helemaal, twee nagenoeg en twee niet helemaal binnen de oorspronkelijke limiet van 14 uur. Maar gezien de extreme omstandigheden (hoewel die vanuit de oorspronkelijke gedachte van een zware loop met een winters en nachtelijk scenario toch eigenlijk 'normaal' waren) zijn zij allemaal in de uitslag opgenomen. Met kop en schouders stak Irene Kinnegim boven iedereen uit met een fabelachtige 10 uur 51 minuten.
Een andere 'coulantie' van de organisatie was dat lopers die voor de 100 km gestart waren maar die na 75 kilometer (de Pierewaai) stopten, werden opgenomen in de 75 km uitslag. Op vijf 100 km lopers was dit van toepassing. En evenzo werden 100 of 75 km lopers die na 50 km (de Deining) stopten in de uitslag van de 50 km opgenomen. Dat gold voor 4 van de 100 km lopers. De 25 km, geen ultra zijnde, laten we nu even buiten beschouwing, ongeacht het feit dat het volbrengen hiervan ook een forse prestatie genoemd mag worden. Van de 31 lopers die voor de 50 km zijn gestart hebben er maar 10 de Deining gehaald!
Ja, hoe zit het nu eigenlijk met die 75 km, waarvoor ik zelf ook gestart was?
Welnu, 6 van de 25 deelnemers op die afstand hebben deze afstand volbracht. Inge van Bergen was de enige vrouw. 15 van hen (60%) zijn op de 50 km blijven steken, waaronder ondergetekende. In totaal zijn er dus 26 lopers die voor de 75 km gingen in de uitslag terechtgekomen.
Van het totale aantal starters op de 50, 75 en 100 km (76) hebben er uiteindelijk naar 22 (29%) de beoogde afstand volbracht!
Hoe zou het geweest zijn als het behalve die wind niet droog en zacht, maar ook nog eens koud en nat was geweest?? Of als het geen windkracht 8 maar windkracht 9 was? Misschien dat we dat één van de komende jaren zullen weten.
Uiteindelijk zal niet de mens, maar de natuur toch het laatste woord hebben...

Foto's

DCURBN
9-10 januari 2015
52km
50 km 22e van 29 finishers.
7:18