25 en 26 juni 2011

Spaans benauwd

Aanloop van de Monte Maliciosa

I've got my feet in the clouds, got my head on the ground
I know that I'm not a square as long as they are not around
But I find it very, very, very, very, very, very hard
Yes, I find it very, very, very, very, very, very hard
(Paul McCartney, Feet in the clouds)


Te ambitieus? Met 111 km en ruim 5000 positieve hoogtemeters had de Gran Trail Peñalara het hoogtepunt van dit jaar moeten worden en mijn eerste ultra in serieus berggebied. Dat hoogtepunt werd het niet en toch ook weer wel. En dat niet alleen omdat ik een berg van 2429 meter heb beklommen. Wat is er gebeurd gedurende dit lange, hete en zware weekend in de 'Hel van de Guadarrama' die in de middaguren lag te blakeren in temperaturen van ruim 36 graden?

Hoe kwam ik daar eigenlijk terecht? Waarom niet eerst een poging gewaagd in de koelere en toch iets dichterbij gelegen Alpen bijvoorbeeld? Ik wilde graag een keer een ultra in Spanje lopen en een door Luis Arribas ('Spanjaard' in Chat'n'run) geopend topic wekte mijn interesse. De GTP is goed bereikbaar met vliegtuig (Madrid), metro en bus (1 uur rijden). De site van de GTP en de filmpjes op YouTube maakten mij enthousiast en op 15 januari heb ik me ingeschreven. De goed Nederlands én Engels sprekende Luis heeft me in de voorbereiding op velerlei wijze geholpen: vertalen van de Spaanse teksten, tips en trics, OV reisschema's enzovoorts.
Later heeft ook Wouter Hamelinck zich ingeschreven, zodat er tussen al die Spanjaarden niet alleen één Nederlander maar ook één Belg mee zou lopen.

Beklimming van Monte Maliciosa Het hotel waar ik logeerde bleek bij toeval op 200 meter van de startlocatie te liggen, en zaterdagochtend om half zeven stond ik redelijk uitgerust aan de start. Een tijdslimiet van 30 uur, dat moest haalbaar zijn. Er zat echter één addertje onder het gras, één niet onbelangrijk aspect dat ik niet voldoende tot me had laten doordringen: een stricte tijdslimiet waarbij die van de Spartathlon verbleekt. Zo moest de eerste etappe van 18 km in maximaal 4 uur afgelegd worden. Rustig wandeltempo. Toch?

Op het voetbalveld van Navacerrada hadden zich zo'n 300 lopers, man en vrouw, verzameld waaronder 298 Spanjaarden die natuurlijk allemaal Spaans spraken. Iedereen spreekt daar trouwens alleen maar Spaans. In de bus, het dorp, het hotel, de restaurantjes. Spaans en geen woord Engels. Op Luis na, dan. Van de korte redevoering die voorafging aan de start heb ik niets begrepen. Zal wel iets over warmte en rustig aan doen en veel drinken geweest zijn. Hoewel, degenen die daar stonden zagen er stuk voor stuk uit als door de wol geverfde bergspecialisten die je niets hoefde te leren. En iedereen had stokken bij zich. Nou ja, bijna iedereen. Luis niet en ik - na consultatie van Luis - ook niet. Na een halve minuut stilte - voor wie? - klonk er doedelzakmuziek. 'You should never trust a fell-running event that introduces bagpipes', schreef fellrunner Richard Askwith waarschuwend in zijn boek 'Feet in the Clouds'. Maar het was al te laat want een hees luchtdruktoetertje probeerde boven het boven het nerveuze Spaanse gekrakeel uit te komen: daar gingen we.

Beklimming van Monte MaliciosaMet gesloten gelederen stampte de groep door het net ontwakende centrum van Navacerrada. De paar kilometers van Navacerrada naar de voet van de Monte Maliciosa bleken later het enige deel van de wedstrijd te zijn geweest waarbij ik iets heb verricht dat het predicaat 'hardlopen' mocht dragen. Bijna 1200 meter steekt de kale top van deze 'boosaardige berg' boven zijn omgeving uit. Eigenlijk zijn er twee toppen, de Maliciosa Alta (2227m) en de Maliciosa Baja (1938m). Daar tussenin loopt een bergkam, de Collado de las Vacas, die aan de rechterkant steil afdaalde naar Navacerrada en het stuwmeer. De beklimming was niet gemakkelijk, er moest over grote rotsblokken geklauterd worden en hier en daar was het dermate steil dat handen en voeten nodig waren om niet weg te glijden. De route werd echter opgevrolijkt door de fraaie en kleurrijke bergflora. Prachtige vergezichten waren de beloning van het zware werk, zodat ik ruim (iets te ruim, zoals later bleek...) de tijd heb genomen om foto's te maken van de omgeving en de planten.

Was de 8 kilometer lange beklimming al moeilijk, de afdaling was ronduit gevaarlijk. Zeker zonder stokken. Schuifelen over rollende keien met ver weg in de diepte de bergpas. Hier ging nagenoeg iedereen me voorbij. Dansend van steen naar steen. Na een tijdje begonnen mijn voeten het kunstje zowaar ook te leren en kreeg ik er nog lol in ook. Niemand haalde mij meer in; maar zelf haalde ik ook niemand in. Eenmaal beneden gekomen volgde er een lang pad vol haarspeldbochten door de bossen van La Garganta. Hoewel de talloze boomwortels en stenen de volle aandacht vroegen, was het nu voortdurend dalende pad toch een uitnodiging om weer eens hard te gaan lopen. Maar dat ging niet meer! Mijn benen leken wel van lood en ik snakte naar adem. Mijn vingers begonnen te tintelen en mijn oren te suizen zodra ik probeerde aan te zetten. Hyperventilatie! Later ben ik er achter gekomen dat ik te weinig tijd had genomen om te acclimatiseren. Vrijdagavond gearriveerd en zaterdagochtend vóór dag en dauw aan een tocht begonnen op hoogtes van 2000 meter en meer. En dat bij hoge temperaturen en met direct al een zware beklimming. Kortom, een klassiek gevalletje bergziekte was mijn deel geworden. Alleen, dat wist ik toen nog niet. Een loper haalde mij in. Toch nog iemand! 'Correr, correr', riep hij. Ja, ja, mopperde ik. Loop jij maar hard, ik ben al blij dat ik nog wandel...

Collado de las VacasToen ik na 4 uur en 5 minuten dan eindelijk bij de eerste etappeplaats, Canto Cochino, arriveerde ging er een applaus op. Trots nam ik de ovatie aan. Een official kwam naar me toe, brabbelde wat in onverstaanbaar Spaans, en begon toen doodleuk de veiligheidsspeldjes van mijn rugnummer los te maken. Iemand anders wees op zijn horloge en naar een wachtend busje met daarin een paar andere lopers, allemaal zonder nummer. Toen drong het tot me door: omdat ik de tijdslimiet had overschreden met zegge en schrijven 5 minuten was ik gediskwalificeerd! Spartaanse taferelen! Een loopster die kennelijk hetzelfde lot beschoren was zat te snikken op een houten hek. Ik was niet eens teleurgesteld. Van 111 naar 18 kilometer in 5 minuten! Ik moest er bijna om lachen en besloot direct om de opkomende frustratie van mij af te schudden. Ik had één van de mooiste en zwaarste stukken van het parcours in elk geval volbracht en had nog anderhalve dag de tijd om dan maar op eigen houtje de omgeving te gaan verkennen. Eerst terug naar het hotel en dan de volgende dag een mooie dagtocht naar de Peñalara! (Even spookte de gedachte door mijn hoofd om op eigen gelegenheid verder te gaan langs het parcours, maar dat zou inhouden dat ik bij elke volgende post opnieuw tegengehouden zou worden; de posten overslaan zou het grote risico inhouden om zonder water en voedsel te komen staan - ergens midden in de nacht).

Maar natuurlijk kon ik niet wachten tot de volgende dag. Ik had me nu eenmaal ingesteld op 111 km lopen, tot aan de volgende ochtend! En wat is dan 18 kilometer over de Boze Berg, ook al duurden die vier uur. Dus na een uurtje doelloos rondhangen op de hotelkamer heb ik mijn rugzak weer omgehangen en ben ik er op uit getrokken. Ik had een gedetailleerde wandelkaart waarop de route van de GTP stond aangegeven. Het plan was om de laatste etappe, van Navacerrada naar het 700 meter hoger gelegen wintersportcentrum Puerto de Navacerrada in omgekeerde richting te gaan lopen. Wandelen dus. De route was immers uitgezet met linten, want de GTP was nog in volle gang. Inmiddels was de temperatuur al opgelopen tot 32 graden. Tegenover het hotel was echter een tankstation waar ik een literfles koel water kon kopen. Flink ingesmeerd met zonnebrand, factor 20, en met een tegen UV straling beschermende witte tennispet op mijn hoofd ging ik op pad. Helemaal alleen the Spanish Highlands in, de zinderende, zonovergoten Sierra de Guadarrama: op zijn zachtst uitgedrukt best wel een beetje spannend (de bergziekte was ik op dat moment even vergeten).
Op de Monte MaliciosaDe route begint vrij gemakkelijk via publieke wandelpaden die door een recreatiegebied met kleine meertjes en speelweiden voeren. Gezinnen met kleine kinderen die verfrissing zoeken langs de vele snelstromende bergbeekjes. Maar boven al deze onschuld uit torenen de loodgrijze wanden van de Maliciosa als een herinnering aan deze ochtend.
Na een paar kilometer, even voorbij de bron Fuente del Molinillo, hangt een rood-wit lint aan een boom. Hier moet ik het grindpad verruilen voor een ruige track door een dicht dennenbos met heerlijke schaduwen. Deze voert omhoog naar de smalle, 1950 meter hoge richel van de Cuerda de las Cabrillas. Het laatste stuk, omhoog langs de onbeschutte zuidhelling die niet voor niets de Garganta del Infierno heet, is rotsachtig, zwaar en bloedheet. Maar de klim wordt beloond met een weids uitzicht over de in het zuidoosten liggende vlakten van het zich tot aan Madrid uitstrekkende plateau. Aan de andere kant van de smalle rotskam ligt zo'n honderd meter lager Puerto de Navacerrada met zijn skipistes. Na de ruim 10 kilometer lange klim laat een koude cerveza zich goed smaken op het terras aldaar. Blijkt daar ook de laatste controlepost van de GTP gesitueerd te zijn. Men was in afwachting van de doorkomst van de eerste loper, maar dat zou nog een uurtje of twee duren zoals later bleek. Toen ik vertelde dat ik zelf vanochtend aan de GTP had meegedaan werd ik beloond met een volle fles gekoelde sportdrank. Dat kwam goed uit, want inmiddels was ik er achter gekomen dat de bussen naar Navacerrada alleen in het skiseizoen reden, zodat ik dus nog 10 km terug moest lopen. En dat bij inmiddels 35 graden. Omdat ik geen zin meer had in de Garganta del Infierno heb ik de autoweg genomen, de M-601. Maar eerst heb ik nog even een uitstapje gemaakt naar de 2 km verderop gelegen Mirador de Gallarza, een 1875 meter hoog uitzichtpunt. De weg terug naar beneden over het hete asfalt van de M-601 heb ik zowaar hardgelopen! Vlak langs de vangrail, terwijl menig automobilist of motorrijder een groet met de claxon gaf. Of was het een waarschuwing?

Op de Monte MaliciosaToen ik langs de finish van de GTP liep, vlak bij het hotel, riepen een paar jongens, naar mij wijzend: 'El primo?'. Nou... nee dus.

Terug in het hotel was ik compleet op. 'Slechts' 43 kilometer in totaal, maar wel in extreme hitte, op tamelijk grote hoogte en met zo'n 1800 meter klimmen. 's Avonds wat geprobeerd te eten in het dorp, maar mijn maag had nergens zin in. Toevallig liep ik, op weg naar het dorpscentrum, juist voorbij de finish toen de eerste loper daar aankwam en zijn vriendin en diverse officials in de armen viel. De hele afstand in 14 en een half uur volbracht! Ongelooflijk.

Er volgde een woelige nacht met onrustige spieren en veel dorst. Gelukkig had ik nog een fles water en een flesje cola staan. In de loop van de nacht hoorde ik af en toe het gestommel van terugkerende GTP lopers die in hetzelfde hotel logeerden. Best wel jaloers, hoewel ik natuurlijk niet wist of ze hem helemaal uitgelopen hadden. Het ontbijt in Spanje stelt niet veel voor. Toast met jam, een beker yoghurt, koffie en sinaasappelsap. Dat was de bodem voor mijn op de tweede dag te ondernemen expeditie naar de Peñalara. Oh ja, plus een gevulde koek die ik nog op mijn kamer had liggen.

Het idee was om de bus te nemen naar Puerto de los Cotos om van daar uit de Peñalara te beklimmen. Maar helaas, buiten het wintersportseizoen rijden er geen bussen die kant op. Inmiddels was het al half elf en als ik eerst de 17 kilometer naar los Cotos had moeten lopen (waarvan 800 meter omhoog langs een hete autoweg) zou ik mijn beste krachten al verspeeld hebben voordat ik aan het echte werk zou kunnen beginnen. Dus maar een taxi naar Puerto de Navacerrada geregeld en van daaruit lopend naar los Cotos om de taxikosten niet te hoog te doen worden.
Zo gezegd, zo gedaan. Het hotel bestelde een taxi en om half twaalf begon ik langs de 7 kilometer lange rustige provinciale weg naar Los Cotos (hard!) te lopen. Ik liep in de schaduw van de beboste westflank van de 2000 meter hoge Peña del Aguila en dat was goed te doen. Ik kwam veel wielrenners en motorrijders tegen. Los Colos was eigenlijk niet meer dan een restaurant. Daar dronk ik wat koffie en sloeg ik voldoende water in. Vanaf dit punt begon de ongeveer 5 kilometer lange klim naar de Peñalara, met 2429 meter de hoogste berg van de Sierra de Guadarrama. De beklimming was niet erg zwaar; het nogal toeristische pas was goed beloopbaar en met de toenemende hoogte stak er een frisse bries op. Er hadden zich een paar thermiekwolkjes gevormd die welkome schaduw boden. Op één plaats lagen zelfs nog restanten oude sneeuw! Op de top was het vrij druk met mensen die er een dagje uit van hadden gemaakt. Het uitzicht op de omgeving was fenomenaal.
Ploseling werd iedereen belaagd door grote zwermen lieveheersbeestjes. Nou, zo lief waren ze niet want ze beten. Aan de westkant zag ik het begin van de steile afdaling naar San Ildefonso die ik, als ik nog in de GTP had gezeten, gedurende de nacht had moeten maken. Het plan om die route te volgen liet ik maar snel varen, want de luchtvochtigheid begon toe te nemen en de wind viel weg. Voor het gevoel werd het daardoor een stuk warmer.
De top van de PeñalaraOm een uur of drie was ik weer terug in Los Cotos. Toevallig stond daar een smalspoortreintje op het punt te vertrekken naar Puerto de Navacerrada. Dat leek me een goed alternatief voor de saaie en inmiddels bloedhete provinciale weg (later kwam ik er achter dat er ook een bergroute was over de rug van de Loma del Noruego; gelet op wat me die middag zou overkomen was het misschien maar goed dat ik die route niet genomen heb).
In Puerto de Navacerrada moest ik vanaf het stationnetje een flink stuk omhoog klimmen naar de de skilift van waaraf de terugweg begon. Wat was het heet! Tegen de 40 graden op het asfalt tussen de huizen. Ik wilde via dezelfde route terug die ik gisteren beklommen had, dus langs de Garganta del Infierno. Een lastig, vanaf ongeveer 2000 meter hoogte vrij steil afdalend pad langs de in de zon badende zuidflank. Hier begon ik me niet goed te voelen. Tintelende, moeilijk te bewegen vingers. Pijnlijke ogen en kortademigheid. Moeite om niet te struikelen. De bergziekte begon weer. Maar ik had nog zo'n drie uur te gaan in dit niemandsland. Op een gegeven moment moest ik lopen met mijn handen boven mijn hoofd, waardoor de duizeligheid minder werd. Toch voelde ik dat ik het niet ging redden. Gelukkig naderden de wat koelere dennenbossen van de Barranca. Daar zou ik een noodlanding moeten maken. In de schaduw onder de bomen. Op een grasveldje. Even zitten en wat zoute drop eten.

Waar ben ik? Ik zie gras. Bomen. Blauwe lucht. Wat ben ik aan het doen? Ik lig in een bos, maar waarom? Ach ja, natuurlijk. Ik ben in Spanje. En ik ben flauwgevallen. Nee, ik was flauwgevallen. Ach, dat overkomt me wel vaker. Ik voel me alweer een stuk beter. Niet gelijk gaan opstaan. Wat lig ik hier eigenlijk lekker! Een paar zoute dropjes, water uit de rugzak. Warm water. Voorzichtig rechtop gaan zitten. Gaat goed. Even op de kaart kijken. Nog een paar kilometer naar Hotel de Barranca. Ik stond op, en het lopen ging prima. De tintelingen en duizeligheid waren verdwenen. Het pad werd steeds gemakkelijker en op een gegeven moment liep ik weer tussen de zich aan de bergbeekjes lavende zondagsvierders. Het was een uur of vijf in de middag. Het laatste uur bleek nog erg zwaar. Een heet, stoffig pad richting Los Robles, waar ik ook nog eens verdwaalde. Oioioi, wat was het hier heet! 40 graden in de zon. Een lichte paniek brak uit. Hier niet opnieuw gaan liggen, dat zou levensgevaarlijk zijn! Volg de paden die naar beneden gaan, dan ga je goed. En inderdaad, daar was Navacerrada, gehuld in de stilte van een lange zondagse siësta.

2429 meter en lieveheersbeestjesOm half zeven was ik terug in het hotel, na ongeveer 28 km gelopen te hebben. Het heeft twee dagen geduurd om van de duizeligheid en tintelingen af te komen. In de rij voor de incheckbalie op Madrid airport moest ik regelmatig op mijn bagage gaan zitten als gevolg van aanhoudende hyperventilatie aanvallen. Het heeft wel wat impact gehad. Wat zou er gebeurd zijn als ik de hele GTP zou hebben proberen te lopen? Als ik in mijn eentje door was gegaan na de diskwalificatie?

Ik heb geen spijt van de DNF. Het was een mooie ervaring en een zware inspanning die ik achter de rug heb. En bovendien, als zelfs de 'local' Luis achteraf spreekt van 'the toughest GTP ever' en 'levensgevaarlijke temperaturen', als zowel Wouter als hijzelf al vóór de helft zijn gestopt vanwege de hitte, als 150 van de 300 starters niet in de uitslagenlijst staan...

Toen ik op Schiphol vanaf de gate richting de bagage collection liep hoorde ik mjn naam roepen. Ik keek om en zag tot mijn verbazing Wilma Dierx. Ze liep een beetje mank en bleek om haar bepleisterde rechtervoet alleen een badslipper te dragen. Wat bleek? Ze was net teruggekeerd uit Hongarije waar ze de 212 kilometer lange Ultrabalaton had voltooid samen met Richard van der Klis en Ferry van den Ent. Tsja, daar kom ik dan met een zielig verhaaltje over een DNF na 18 kilometer lopen in Spanje. Het beetje trots dat ik had door mijn verrichtingen van de afgelopen dagen liep een flinke deuk op. Zelfs dit had de 'Malicious Mountain' perfect in scene gezet.

Een bizar weekend, wat me in een soort identiteitscrisis heeft gestort. Wat ben ik nu eigenlijk, wat denk ik dat ik ben of wat zou ik willen zijn: een hardloper, een ultraloper, een bergwandelaar? Wat zocht ik op die Boze Berg in het verre Spanje? Roem? Erkenning? Eenzaamheid? Zelfbevestiging? Mijzelf?
Of is mijn obsessie om steeds maar weer dit soort dingen te willen volbrengen nu juist de échte Malicious Mountain?

Richard Askwith weet wellicht het antwoord. Hij gaf zijn boek de ondertitel: 'A tale of fell-running and obsession'.


Gran Trail Peñalara, Navacerrada, Spanje
25/6 ochtend Navacerrada-Canto Cochino (18km, 1000 phm 4h05)
25/6 middag Navacerrada-Puerto de Navacerrada v.v. via la Barranca (25km, 650 phm, 6h)
26/6 middag Beklimming Penalara (28km, 750 phm, 7h)
Totaal ongeveer 72km, 2250 phm, 17h

 

15 juni 2011

2008!

De 2000 kilometer zijn binnen! Twee dagen later dan vorig jaar. In 2010 had ik er 94 wedstrijden/trainingen voor nodig, dit jaar 91.

 

11 en 13 juni 2011

Een privé marathon en de drie-toppen loop

Ergens in de Waterleidingduinen Zo. Vanmiddag heb ik een privé marathon gelopen. Vijf uur door het duingebied tussen Vogelenzang en Parnassia. Naar schatting zo'n 43 kilometer. Nog een schepje kolen op het Spaanse vuur. Maar daar moet het wel bij blijven, want anders wordt het vuur te heet en de druk in de ketel te hoog. En dat is niet goed. Vorig weekend de 50km Self Transcendence en dit weekend 42km self-made marathon. Eigenlijk had ik een dubbeldekker moeten doen (80km in één weekend, verdeeld over twee dagen), maar door andere verplichtingen is het daar niet van gekomen. De rest van het Pinksterweekend zit al vol met niet-loop bezigheden, zoals twee verjaardagen op 150 km afstand.
De duinloop begon met buien, maar na een uurtje klaarde het breed op. Het ging eigenlijk best wel lekker, met twee pitsstopjes van 5 en van 10 minuten. Rond de 30 km zakte ik wat in maar dat was van korte duur. Ik kwam redelijk fris weer thuis aan. Kortom, met het duurvermogen lijkt het wel goed te zitten. Toch is er geen enkele garantie dat de 110 km en 5000 hoogtemeters over twee weken in Spanje gaan lukken. Het traject is deels op grote hoogte (Penalara 2500m), er zit een nacht in en het parcours bevat een paar zeer technische afdalingen (rotsblokken). Met name de 1000 meter afzink van de Penalara, die 's nachts genomen moet worden, bezorgt me enige hoofdpijn. Enfin, we gaan er voor en zullen voorzichtig zijn. Het zal me minimaal 20 uur gaan kosten.

De route van vandaag

Duurloop Waterleidingduinen en Kennemerduinen
11 juni 2011
ca. 43 km
5 uur


 

4 juni 2011

Self transcendence

Sri Chinmoy ultra 4 Juni 2011 Een mooie voorbereiding op de Spaanse hoogvlakten, althans wat de temperatuur betreft. Met ruim 25 graden op de open gedeelten was het inderdaad behoorlijk warm in het Amsterdamse Bos. Toch viel het wel mee, want juist op die open stukken stond er een lekker briesje dat op de schelpenpaden zelfs stofhoosjes wist te produceren. Daarmee houdt elke vergelijking wel op, denk ik, want 22 maal een klimmetje van vijf meter is natuurlijk nog geen Peñalara.
Ook de gemiddelde snelheid zal in Spanje ongetwijfeld veel en veel lager uitpakken. Op de 50km Sri Chinmoy ultra heb ik de 10 km per uur gemiddeld net niet gehaald, maar daarmee was het toch nog de 'snelste' ultra van dit jaar. Als ik de 6 uur op de baan in Heerde niet meetel zelfs het hoogste ultra-gemiddelde van het afgelopen half jaar. Jammer dat ik in rondes 20 en 21 een inzinking heb gehad, anders was ik wellicht onder de vijf uur gebleven.
Maar oh ja, tijd is niet het belangrijkste toch? Veel bekenden gezien, zoals Janet, Rinus (met dank voor de foto's), Ann (die aanbood om me te helpen om van mijn kuitblessure af te komen). Jean-Pierre, Els, Wilma (de enige vrouw die de 100 km voltooide), Nitish (met dank voor de koffie!), Selim (sterkte met je herstel!) en vele anderen.
Door het warme, droge en volop zonnige weer was de pollenconcentratie erg hoog, waardoor ik moeite had om vrij te ademen (verstopte neus, moeite om diep te inhaleren). Hooikoorts-allergie die remmend werkte.
Door veel zout te nemen (zoute dropjes, zoutvaatje bij de bevoorrading) heb ik geen last gehad van hyperventilatie na afloop. De compressie-sleeves zijn goed bevallen, het lijkt wel of ze ook een positieve invloed hebben op de voetklachten; ook daar had ik tijdens en na de loop vrijwel geen last van. Ik ben tevreden met het resultaat, maar wat ben ik blij dat ik niet voor de 100km gestart ben...

De foto's staan op http://www.rinusrunning.nl/

Self Transcendence 50 km Amsterdam
4 juni 2011
50 km
5:08:30