Opkomende regen, donker tocht de opstekende wind door de steil oplopende steegjes die uitkomen op de dijk van Spaarndam. Windkracht 7 tot 8 vannacht. Hier een daar priemen de eerste kerstlichtjes achter de ramen. Op de windvlagen komt de zoete, weëe geur van pruttelende pompoensoep aandrijven. Die staat in menige keuken op het vuur, want morgen is het Sinterklaasavond. Het is niet koud, maar wel voluit herfstig met de ene stormdepressie na de andere die over Ierland naar het Noorden trekt en waarvan de storingen via het Engels kanaal over ons gebied uitwaaieren. Van Haarlem naar Spaarndam en daar drie rondjes rond het dorp. De wilgen langs de weg staan nog in het blad, het gras groeit nog. Zachtste herfst sinds minstens 300 jaar. Vreemd. Het warme zeewater is de bron van al die depressies. Iedere rondje gaat het harder regenen. Terug naar Haarlem langs het Spaarne striemt de regen me hard in het gezicht. Mijn kleding gaat lekken en de koude straaltjes water voel ik langs mijn huid omlaag lopen. Ik ga gelijk op met een zwoegende fietser in een glimmend geel regenpak aan de andere kant van de weg. Zijn capuchon hangt laag over zijn voorovergebogen hoofd. Zou hij me gezien hebben? Een auto met verblindend grootlicht wurmt zich tegen de rijrichting in tussen ons door. Nog een kwartiertje, dan sta ik onder de warme douche. Daarna liggen er nog pakjes te wachten die ingepakt moeten worden. Voor het schrijven van gedichten zal ik wel niet veel tijd meer overhouden...
Naar boven
Zondag 17 december 2006
Nu het tegen kerstmis loopt begin je pas echt goed te merken hoe uitzonderlijk de warmte van het afgelopen najaar is geweest. De bladeren zijn nu wel van de bomen door het stormachtige weer van de laatste tijd, hoewel het niet tot een echte volle storm is gekomen. Maar het gras staat er nog fris en groen bij en langs de randen van de slootjes staat vers riet zo'n 30 centimeter hoog. Madeliefjes, paardebloemen, koolzaad en de witte dovenetel staan nog op veel plekken in bloei. En wat te denken van het fluitenkruid dat hier en daar, zij het voorzichtig, zijn witte schermen geopend heeft. Dat hoort eigenlijk in mei te gebeuren. Oosterse kersenbomen zijn getooid met kleine roze bloesems, veel trekvogels schijnen nog steeds geen zin te hebben om naar het zuiden af te reizen en dikke bromvliegen en (venijnig stekende!) muggen maken het binnenshuis onveilig. De hardlooptraining zou eigenlijk nog gewoon in korte broek kunnen, maar toch doe je dat niet omdat het op de één of andere manier zo gek afsteekt bij de kerstverlichting die nu overal uitbundig tentoon gespreid wordt. Dan maar de collant aan en om overmatig zweten te voorkomen daarboven geen windjack, maat slechts een thermohemd met daaroverheen een kortmouwig shirtje. Maar met de wind (die altijd uit het zuiden waait) mee is het dan toch nog puffen geblazen.
Misschien heb ik daardoor de laatste tijd ongemerkt toch meer vocht verloren dan goed voor me was. Er is namelijk geconstateerd dat ik een beetje last heb van uitdrogingsverschijnselen. Dat verklaart misschien ook die droge keel die ik steeds heb. Volgens de fysio heeft dat ook tot gevolg gehad dat mijn dijbeenspieren te veel verzuurd zijn geraakt. Extra masseren dus. Vervelender zijn de darmklachten die ik sinds een paar weken met wisselende tussenpozen heb. Ook die hebben er waarschijnlijk mee te maken. Het is een symptoom dat bekend staat als een 'spastische darm'. Een opgeblazen gevoel en doffe pijnscheuten. Erg lastig, maar zeker bij het lopen omdat je iedere schok waarmee je neerkomt in je onderbuik voelt. Komende week ga ik er in elk geval mee naar de huisarts en in januari naar de electroacupuncturist. Verder gebruik ik nu Iberogast (homeopathische druppels, die ook in het verdelen een goede uitwerking hebben gehad.
Met de knieën gaat het gelukkig weer een stuk beter. De extra rek- en strekoefeningen, de ICE-zalf en het zo veel mogelijk lopen op een zachte ondergrond (strand) hebben zeker tot het herstel bijgedragen. Toch durf ik nog geen echte lange duurloop over asfalt, en dus ook geen marathon, aan.
Het lopen langs het strand is nu een echte hobby van me geworden. In deze tijd van het jaar is het heerlijk rustig (afgezien dan van die loslopende honden) en de laagstaande zon zorgt voor prachtige lichtwerkingen. Als je over de nog natte, zojuist drooggevallen zandbanken loopt, spiegelt de hemel zich er in en heb je het gevoel dat je gewichtloos over de wolken loopt. Gisteren heb ik zelfs 21 km afgelegd (Zandvoort-Kop Zuiderpier IJmuiden en weer terug). Die pier is met z'n bijna 2000 meter nog best lang! Je komt er alleen in oliekleding gehulde vissers tegen, die de kou en het opspattende water trotseren. Ik heb respect voor die lui, want het is heel wat anders om stil te zitten achter zo'n hengel dan wanneer je je hardloopkacheltje aan hebt staan. Vanaf de pier heb je een mooi uitzicht op de binnenkomende en vertrekkende zeeschepen. Vroeger was het andersom, toen keek ik vanaf de brug van zulke schepen naar de mensen aan de wal! Halverwege de terugweg ging de zon al onder, na eerst oranjerood strijklicht over het strand geworpen te hebben dat achter ieder zandkorreltje een schaduw leek te tekenen. Terwijl het donker wordt, blijft het strand het schemerlicht reflecteren, waardoor het ook zonder verlichting heel goed mogelijk is om eventuele obstakels (wrakhout e.d.) te omzeilen. Op het laatste gedeelte was er weer kunstmatige verlichting door de straatlantaarns op de parallel lopende Zeeweg tussen Bloemendaal aan Zee en Zandvoort.
Naar boven
Zondag 31 december 2006
Het jaar 2006 beleeft vandaag zijn laatste dag. Een jaar dat begon en eindigde met blessures, maar dat veel mooie loopverrichtingen heeft opgeleverd. Zie het jaarverslag 2006. Bedankt voor de aandacht in 2006 en een goed lopend jaar 2007 toegewenst! En laten we allen onze dank er over uitspreken dat we het afgelopen jaar weer zo veel van onze mooie sport hebben mogen en kunnen genieten. In het bijzonder gaat onze dank daarbij uit naar allen die dit mogelijk hebben gemaakt, zoals trainers, trainsters, wedstrijdorganisaties, vrijwilligers en partners. En natuurlijk denken we aan al degenen die, om welke reden dan ook, niet in de gelegenheid waren om hun sport te beoefenen. Mogen zij voldoende troost in andere, wellicht belangrijkere, aangelegenheden gevonden hebben.
Naar boven