Kalt, hart, schön (1)

In de Hekslootpolder

‘Kalt, hart, schön’ is het motto van de Brocken Challenge. Een loop door de winterse Harz die voor een koude start van deze maand zorgde. Hoewel, naar verhouding was deze editie van de BC niet eens zo heel erg koud. -5C bij de start, overdag oplopend tot net onder het vriespunt en aan het eind van de dag, op het 1150 meter hoge plateau van de Brocken wederom enkele graden onder nul. Dat alles met weinig wind. Dat was wel anders in 2012, toen de temperaturen de hele dag tussen de -16 en -12C lagen.

Maar wie had kunnen verwachten dat ‘Kalt, hart, schön’ in de laatste februaridagen ook voor Nederland zouden gelden. Een waarlijk Siberische kou-inval bereikte op 28 februari en 1 maart zijn climax met een harde oostenwind die de gevoelstemperatuur tot onder de -15C deed zakken. En dat is toch wel bijzonder zo laat in het jaar en in deze tijd van steeds zachtere winters. Ondanks de kou was het eigenlijk best wel mooi weer met een stralend zonnetje en een heldere hemel. Veel ijsvorming ook, maar door de harde wind was het ijs te onbetrouwbaar voor grootschalige schaatsactiviteiten. Het hardlopen gaat echter altijd door en zo ook vandaag door de licht besneeuwde polder. In de vroege ochtend was er een sneeuwbui precies over Haarlem getrokken. Het leverde weer mooie plaatjes op.

Langs de Redoute, ten noorden van Spaarndam
IJskraag aan de oevers van de Mooie Nel

Rondje Hekslootpolder
11 km

Het weerbeeld tijdens de loop

15e editie Brocken Challenge = 150e ultramarathon

De 15e editie van de Brocken Challenge was mijn 150e gelopen ultramarathon. Het ging niet vanzelf, maar met de 12u 29m was ik dik tevreden, temeer daar het er even naar uitzag dat ik de finish helemaal niet eens zou gaan halen.

Karakteristiek beeld van het eerste deel van de route. Tussen Landolfshausen en Seulinger Warte (km 12)

De Brocken Challenge (BC) bestaat grofweg uit twee gedeelten. De eerste 42 km van Göttingen naar Barbis heeft het parcours het karakter van een niet al te zware landschapsloop. Alleen de passage over de Hellberg op circa 23 km ‘ist ein bisschen trailig’. De eerste 5 km gaan door het Göttinger Wald omhoog. Hier lagen wat sneeuwresten maar het pad is daar goed beloopbaar. Voor het overige is het tot aan Rhumequelle (km 30) voornamelijk licht golvend akkerland waarover geasfalteerde wegen en paden gevolgd worden.
Dit jaar was de situatie op de Hellberg echter wat moeilijker door de vele omgewaaide bomen die over het pad lagen. Dat was een gevolg van de zware storm Frederike van 18 januari. In het laagland werden toen windstoten gemeten tot boven de 140 km/u, op de Brocken zelfs boven de 200 km/u! We moesten ons tussen de obstakels door een weg banen en dat had tot gevolg dat ik samen met een paar andere lopers verdwaald raakte. Door zo veel mogelijk een een oostelijke en afdalende richting aan te houden kwamen we na enige tijd zowaar weer op de met oranje pijltjes aangegeven route richting Rüdershausen uit.

Chaos op de Hellberg door de talloze omgewaaide bomen

Vanaf Rhumequelle begint het ‘Harzvorland’ met een aantal wat serieuzere heuvels. Hier is het vaak de kille wind die vanaf de besneeuwde Harz omlaag komt die het voor het gevoel onaangenaam maakt. De temperatuur, die bij de start om 06:00 enkele graden onder 0 lag, liep hier op tot net boven het vriespunt. Daar is niet goed op te kleden. Onder de wind- en waterdichte buitenste kledingslaag hoopt zich transpiratievocht op waardoor het hele lijf klam gaat aanvoelen. Maar zonder die buitenste laag is het ook weer de koud. Dus linksom of rechtsom wordt je nooit warm. De enige remedie is dan ook in beweging te blijven. Dat lukte die eerste 42 km trouwens wel, waardoor ik om 11:30 in Barbis arriveerde. Daar heb ik een droge onderlaag aangetrokken die ik in mijn rugzak had meegedragen. Ook het totaal nat geworden windjack heb ik verwisseld voor een ander. Want vanaf hier begint de ‘echte’ BC pas nu we de Hochharz gaan betreden. En dat zou ongetwijfeld betekenen dat ik stukken moest gaan wandelen, waardoor je sneller afkoelt.

Bij de ‘Wasserscheide’ (Steinaër Bach) , het begin van de klim naar de Hochharz (km 45)

De volgende 10 km gaan voortdurend omhoog, het Steinaër Tal volgend. Een mooi stuk van de route langs een snelstromend beekje. Van de hellingen komen kleine watervalletjes naar beneden waarin zich prachtige ijssculpturen hebben gevormd die een tinkelend geluid maken. Vanaf nu is er geen bebouwing meer en behalve een enkele verdwaalde wandelaar kom je geen mens meer tegen.

In het Steinaër Tal (km 50)

Kon ik hier in voorafgaande jaren nog in een dribbelpasje omhoog, dit keer heb ik het hele stuk moeten wandelen. De loopstokken hielpen daarbij wel om er nog enig tempo in te houden. Maar uiteindelijk was daar dan de Jagdkopf waar een geïmproviseerde verzorgingspost was ingericht. Toen ik daar hoorde dat er nog maar 7 lopers achter mij zaten zonk de moed me in de schoenen bij het vooruitzicht van nog 26 zware kilometers ploeteren door de sneeuw. Uitstappen (ja, serieus daar dacht ik aan) was op dit punt gelukkig onmogelijk, dus zat er niets anders op dan maar weer verder te gaan richting Lauschebuche.

Op de Jagdkopf (km 54, hoogte 635m)

Ik werd ingelopen door een klein groepje waarbij ik me wist aan te sluiten. Tijdens de nu volgende lichte afdaling begon ik me weer wat beter te voelen en zonder verdere problemen bereikte ik de post bij Lauschebuche (Braunlage). Een heerlijke post met koffie en hete soep. Ja, en dan, met nog ‘maar’ 18 km te gaan, aan de rand van het Nationalpark Hochharz, begint datgene voelbaar te worden wat ik de ‘aantrekkingskracht van de Brocken’ noem. ‘Wir würden es schaffen!’. De etappes worden korter en afwisselender. Je loopt langs loipen en komt veel afdalende langlaufers tegen. Er ontstaat een alpine sfeer en het sneeuwbedekte landschap is een plaatje. 6 km naar Königskrug, dan nog 4 naar Oderbrück en je staat aan de voet van de Brocken.

Langs de langlauf loipen tussen Königskrug en Oderbrück (km 70)

De resterende 8 km omhoog naar de top van de Brocken is een wandelfeestje. De avond valt en er komt een dichte mist opzetten. Het is geheimzinnig onder de dik besneeuwde sparren. Maar dan, op nog 4 km te gaan, gaat het bijna mis. Er volgt een zeer steile helling (30%) van een paar 100 meter (‘der Rampe’)  naar het talud van de Brocken-spoorbaan. Ineens gaat het niet meer. Bij elke stap ben ik buiten adem en voel ik misselijkheid opkomen. Op een gegeven moment moet ik zelfs in de sneeuw gaan zitten. Het is inmiddels bijna donker, er waait een koude wind en het sneeuwt. Ik voel een lichte paniek opkomen. Wat is er aan de hand? Ik weet het niet. Uitputting? Ik sta op en schuifel pasje voor pasje naar boven. Dan realiseer ik me dat het mijn maag is. Te weinig gegeten en te veel koud water uit mijn veldfles gedronken. Ik heb nog een energy bar bij me en probeer deze tegen heug en meug in naar binnen te werken. Dat valt niet mee, want hij is koud en hard geworden. Al kauwend, duizelig en misselijk kom ik boven. Nu volgt er nog een licht stijgende kleine 3 km langs de spoorbaan, die langs een spiraal naar boven gaat. Het gaat weer beter met me. Ik kom afdalende wandelaars tegen die me aanmoedigen en toejuichen. ‘Bravo!’, ‘Super!’. ‘Bald geschafft’. Daar is de Brocken Strasse. De laatste steile meters geven geen probleem. De mistige lucht kleurt rood en oranje. Dat zijn de lichten van het spoorwegstation. Linksaf. Ratels en kreten klinken op uit het duister. En dan doemen de contouren van het Brockenhotel op. En het finishdoek. ‘Ziel’!

Mijn 9e BC is een feit. En daarmee ook de 150e ultramarathon. En dat mag wel even gevierd worden met soep en worst in de warme Goethesaal.
En dan voor de tweede maal omkleden in droge kleding om vervolgens over de donkere Brocken Strasse de 10 km terug te lopen naar Schierke waar de bus naar Göttingen wacht. En ach, dat die bus dan vervolgens na een kwartier met panne langs de weg staat is natuurlijk een futiliteit na deze geslaagde loopdag. Met een vervangende bus werd ik vlak voor middernacht netjes voor mijn  hotel afgezet nadat de meeste andere passagiers bij het startpunt waren uitgestapt.

Zoals een van de deelnemers in zijn verslag terecht opmerkte: ‘Die Brocken-Challenge ist längst Kult’.

(Uit de doorkomsttijden blijkt dat ik op de Jagdkopf nog maar 6 (van de op dat moment 175) lopers achter mij had. Daar zat ik dus echt in de staart van het peloton. Uiteindelijk waren het er toch nog 26 die na mij finishten op de Brocken (172), waaruit blijkt dat ik in de laatste 30 km relatief gezien weer wat progressie heb gemaakt.)

10 februari 2018
Brocken Challenge
80km, 1900 phm
12u 29m
Plus 10km Brocken-Schierke
Overall 146/170
M60 4/10

Uitslagen
Fotoreportage Arne Bischoff

Naar IJmuiden via Spaarnwoude

Voor de afwisseling loop ik soms niet via de duinen naar IJmuiden, maar via Spaarnwoude. Ik steek dan met het pontveer bij Velsen het Noordzeekanaal over en ga dan via de sluizen naar de Kop van de Haven. Vanaf dat punt loop ik dan door de duinen en langs de bunkerroute naar de Zuidpier. En vervolgens langs het strand terug naar de Herenduinenweg waar ik dan op de bus naar Haarlem stap. Een rondje van 30 km of 34 km (als ik ook nog de volle lengte van de pier heen en terug loop). Een enkele keer pak ik niet de bus maar loop ik door Duin en Kruidberg terug naar huis; dan is het een volle marathon, de ‘piermarathon’. Maar een week vóór de Brocken is dat net iets te veel.

Ertstanker in het Noorderbuitenkanaal bij de Hoogovens

 

Uitzicht richting zee vanaf de kop van het Buitenspuikanaal

Naar IJmuiden via Spaarnwoude
30,4 km
3u25min netto
3C, natte sneeuwbuien op afstand, N2