Vorig jaar heb ik de ‘Tulpenroute’ gelopen in de Wieringermeer, van Anna-Paulowna naar den Oever en terug. Dit jaar ben ik dichter bij huis gebleven en waarom ook niet? Haarlem is toch niet voor niets de ‘Bloemenstad’? De Bollenstreek rond de Zilk is internationaal bekend, niet in het minst natuurlijk door het Bloemencorso en de Keukenhof. De tulpencultuur in dit deel van Nederland is een toeristische visitekaartje. Hier overheerst gezelligheid, kleinschaligheid en drukte. Een heel andere sfeer dan op de uitgestrekte, eenzame velden in het noorden.
Vandaag, op Paaszaterdag en met prachtig weer, was het drukker dan ooit. Zo druk zelfs dat met klem werd aangeraden om niet meer richting de Keukenhof te gaan omdat deze afgeladen was en alle toenaderingswegen verstopt zaten. Onder zulke omstandigheden blijkt hardlopen toch weer het ideale vervoermiddel te zijn. Waar het druk is ren je er gewoon dwars doorheen en voor het overige zoek je de rustigere voet- en fietspaden uit. Hoewel, rustig? Langs de bloeiende velden trok een gestage karavaan wereldburgers die zich onzeker voortbewogen op oranje gekleurde huurfietsen. De ‘Holland Experience’ zullen we maar zeggen.
Daarom was ik blij dat ik halverwege de route de Amsterdamse Waterleidingduinen in kon duiken. Het contrast was enorm; een oase van rust die slechts verstoord werd door het gekraak en geritsel van door het struikgewas op mijn nadering wegvluchtende herten. Maar wat was het warm in de duinen! Dat was wel even wennen weer! Op de witte zandpaadjes was het ruim boven de 25 graden. Veel drinken dus. Gelukkig staan er op diverse plaatsen bij de in- en uitgangen drinkwatertaps met heerlijk helder koel PWN duinwater. Een zegen! Het werd uiteindelijk een behoorlijk pittig twee deel over de trails.
Nadat we in februari een periode met onvervalst voorjaarsweer hebben mogen beleven waarbij met veel zon de temperaturen opliepen richting de 20(!) graden hebben we het de afgelopen weken moeten stellen met een zijn-staart-roerende maart. Een strakke straalstroom joeg de ene depressie na de andere richting noordwest Europa . En dat betekende regen, heel veel regen, en regelmatig harde wind, zeg maar storm. Windstoten van 100 km/uur waren geen uitzondering. Om toch een beetje aan mijn kilometers te komen zonder daarvoor als straf gezandstraald en gegeseld te hoeven worden heb ik het strand en de pieren van IJmuiden gemeden. Die pieren waren trouwens toch niet toegankelijk. Maar ook al loop je niet op het strand, ook op de hoge duintoppen was het bij vlagen bijna onmogelijk om op de been te blijven. En nat, drijfnat werd ik in de horizontaal striemende regen. Maar dit is geen klaagzang, integendeel, ik geniet er met volle teugen van.
Misschien was de werkelijke reden om wat minder loopjes richting het vertrouwde IJmuiderstrand te doen eerder gelegen in wat ik ‘de ontdekking van de Amsterdamse Waterleidingduinen’ noem. Na aanvankelijk een beetje voorzichtig de afgepaalde routes te hebben gevolgd ben ik daar nu helemaal ‘los’ en verken ik gewapend met mijn Garmin alle onbekende paadjes en trailtjes in dat uitgestrekte gebied. En keer op keer word ik ‘zwervend in de eenzaamheid’ overweldigd door de indrukken die dat oplevert. Vooral nu met dat ‘slechte’ weer! Want bij ‘publieksvriendelijke’ condities kan het daar behoorlijk druk zijn met wandelaars. Hoewel ik nu dus paadjes weet waar je (met alle respect) het doorsnee auto-gezin niet zo snel tegenkomt. Je hebt het er voor het kiezen: aan de hoger gelegen oostzijde bossen en zandduinen, meer naar het westen het waterwingebied met talloze kanalen en meertjes en daartussenin savanne-achtige vlakten waar de wind (en de hertenkuddes) vrij spel hebben. En dan is er natuurlijk nog het strand en de zee. Een hardloopparadijs in een (grote) notendop!
Maar de winter is voorbij en vanaf nu zal het overal wel weer drukker worden. Maar wat zou het, de warme wind langs benen en armen is er niet minder prettig door. Onder de link het fotoalbum van deze afwisselende winter.
Het wintert! Sinds een paar dagen vriest het ’s nachts matig, hier en daar zelfs streng en bovendien is er een pak sneeuw gevallen. In de regio Haarlem hooguit 3 centimeter, maar genoeg om het landschap wit te kleuren. Omdat de sneeuw dit keer geen dooi inluidde blijft hij ook nog wel enige tijd liggen.
Gisteravond beleefde ik een stille idylle in de Spaarnwouder polder. Vandaag, woensdag, waren als gevolg van het sneeuwruimen en strooien veel plekken in de stad alweer sneeuwvrij, maar in de duinen was het nog heerlijk struinen door een knisperend laagje dat er op diverse plaatsen nog redelijk onbetreden bij lag. De temperatuur van een graadje onder nul, weinig wind en een bewolkte hemel zorgden voor het in standhouden van de versheid van de sneeuw.
Een kleine drie uur lopen door de duinen met de nieuwe Yaktrax onder leverden een goede training op voor de Brocken. En tja, het is en blijft Nederland kwakkelland, want voor zaterdag worden wind en regen verwacht bij 7 graden. Dan is het weer snel gedaan, hoewel het op de langere termijn weer kouder lijkt te gaan worden.
Het is een traditie geworden om tussen Kerst en Oudjaar, in de donkerste periode van het jaar, een rondje om Walcheren te lopen. In 2015 was ik er voor het eerst, maar dat was in de zomer. Daarna volgden in 2016 en 2017 de winter-edities. Het mooie daarbij is dat het dan vroeg donker wordt zodat ik in het donker finish en de vuurtorens ontstoken zie worden. Een bonus dit jaar was een fantastisch mooie zonsondergang boven de Westerschelde, waarbij de hemel purperrood opgloeide.
Doordat ik een uur eerder gestart was dan vorig jaar waren de lichten van Dishoek nog gedoofd toen ik daar passeerde, maar toen ik op het laatste hoge duin vóór Vlissingen omkeek zag in in de verte nog net het vuur van Westkapelle elke 4 seconden als een helder wit puntje in de vallende schemering oplichten.
Het was nogal koud dit jaar en daardoor wat minder druk op het gedeelte tussen Westkapelle en Vlissingen. Het voortdurend stijgende en dalende pad over de hoge maar smalle duinrand is erg geliefd bij de toeristen. Ik kan ze geen ongelijk geven, want de uitzichten over de Westerschelde en de kustlijn zijn fenomenaal. Maar ook het eerste deel van de tocht, door het stille en vlakke hart van Walcheren met de daar verspreid liggende boerenhoeven en dorpjes waarvan naam in veel gevallen op ‘kerke’ eindigt, is de moeite meer dan waard. En ook dit keer weer leuke ontdekkingen, zoals het natuurpad door Schoonoord bij Oostkapelle. De laatste kilometers langs het in kersttooi gehulde Vlissingen met zicht op het drukke scheepvaartverkeer op de Schelde zijn een belevenis.
27 december 2018
Middelburg-Oostkapelle-Domburg-Westkapelle-Zoutelande-Vlissingen
40,3 km 5u30m bruto
De LW5-2 is een lange-afstand wandelroute (rood-wit gemarkeerd) die onder andere door de mooiste gedeelten van de Amsterdamse Waterleidingduinen loopt. Vandaag heb ik deze vanaf Haarlem gevolgd tot aan Langevelderslag. Het begint met mooie naald-en loofbossen die de meertjes, stroompjes en watervalletjes van het drinkwaterzuiveringssysteem omlijsten. Overal de herten, waarvan er zo veel zijn dat ze elkaar bijna in de weg lopen. Ze zijn helemaal niet schuw meer, zodat je ze van dichtbij kunt bewonderen. Vooral de mannetjes zijn nu erg mooi met hun volgroeide gewei.
Geleidelijk wordt het landschap ruiger en minder gecultiveerd. Het gaat over in laag duinlandschap en wordt steeds opener. Uiteindelijk loop je kilometers lang over uitgestrekte vlakten, bestrooid met kuddes herten. Het doet denken aan de Oostvaardersplassen of zelfs een beetje aan de Engelse moors (!) of de Afrikaanse savannen. Na het zweefvliegveld buigt de weg richting de kust. Hier begint het golvende duinlandschap weer. Het laatste stukje naar Langevelderslag is een zwaar pad van een kilometer met alleen maar mul zand en klimmetjes.
Na de koffiestop ga ik meestal verder richting Noordwijk en Katwijk, maar dit keer ben ik teruggegaan richting Zandvoort. In eerste instantie niet over het strand, maar langs een voor mij nog onbekende drie kilometer lange, mooie duintrail door de van Limburg Stirumvallei. Daarna volgde nog zo’n 9 km strand tot aan Bloemendaal aan Zee. Inmiddels was het helemaal donker en de verlichte boulevard van Zandvoort bood een mooi schouwspel. Eigenlijk was het plan om in Zandvoort op de trein te stappen, maar ik besloot om nog 3 km door te lopen tot aan Bloemendaal om zo de marathonafstand vol te krijgen. Door een rekenfout kwam ik uiteindelijk daarvoor één kilometer te kort. Nou ja. Vanaf Bloemendaal heb ik de bus naar Haarlem genomen.
Het was een kille, bewolkte dag met een gevoelstemperatuur van rond het vriespunt en een niet al te sterke oostenwind. Prima loopweer eigenlijk, mits je in beweging bleef. En wat een prachtige en afwisselende route!
Haarlem-Langevelderslag-Bloemendaal aan Zee via LW-5-2
41, 2 km
ca. 5u 30m Route
Voor een bezoek aan vrienden verbleven Bernadette en ik een nachtje in Venlo. Dat bood mij naast de visite gelegenheid om de Maasduinen eens te verkennen. Dat Nationale Park ten oosten van de Maas in Noord-Limburg stond al geruime tijd op mijn verlanglijstje maar vanwege de afstand tot Haarlem was het er nog niet van gekomen om daar heen te gaan. En nu was het dan zo ver.
Vanaf het spoorwegstation van Vierlingsbeek heb ik een mooi rondje gelopen van 34 kilometer. Bij Afferden met het veer de Maas over, dan een lus door het natuurgebied en vervolgens via het veer bij Bergen weer terug naar Overloon, waar we bij onze kennissen gegeten hebben. Terwijl ik liep was Bernadette bij hen gebleven.
De Maasduinen vormen een prachtig, afwisselend terrein met vennetjes, heide en bossen. Door de grote hitte van de afgelopen weken (gelukkig was het vandaag met zo’n 22 graden en stuk aangenamer) was veel van de heide verschroeid, wat goed te zien is op de foto’s. Maar hier en daar stond deze toch nog mooi in paarse bloei. Ik ben eerst vanaf Afferden langs het Zevenboomsven het Broederbosch in gelopen. Vervolgens, na de Eckeltse Beek overgestoken te zijn, Bleyenbeek in. Hier ligt een mooi stuk heide met diverse vennen, de zogenaamde Duvelskuul. Daarna volgden de Eckeltse Bergen. Langs het mooie Eendenmeer arriveerde ik in Nieuw Bergen (koffiepauze!) en daarna in het leuke oude dorpje Oud Bergen. Hier weer de Maas over, terug naar Vierlingsbeek. Het laatste deel van de route tot aan Overloon liep door de Overloonsche Duinen, waar ik ondanks mijn GPS en de geel-oranje markeringen van de lange-afstand-wandelroute toch nog een paar keer verkeerd liep op de smalle singletracks. Ook hier veel bloeiende heide.
Een mooie en best wel uitdagende route. Bij de eerstvolgende gelegenheid ga ik de Maasduinen verder verkennen, want ze zijn veel uitgestrekter dan de circa 11 kilometer van het routedeel dat ik er vandaag gevolgd heb. Met name het Quin wil ik wel eens zien en het meer zuidelijk gelegen landgoed de Hamert. Maar daarvoor ontbrak de tijd, want ik moest op tijd aanschuiven aan de eettafel!
De duinen, maar ook de polders bij Spaarnwoude vertonen een uiterlijk dat ik nooit eerder heb gezien. Geelbruine, uitgedroogde vlakten onder een meedogenloos stralende zon. Wanneer ik er doorheen loop komen er herinneringen op aan loopjes tijdens vakanties in Italië. Hetzelfde landschap, dezelfde lichtval, dezelfde kleuren en contrasten. Het lijkt wel alsof heel Nederland begin mei is opgepakt en ergens in het mediterrane gebied weer is neergelegd. Want al drie maanden beleven we de meest standvastige, zonnigste en droogste zomer sinds mensenheugenis. Niet alleen in Nederland, maar in heel Noord-Europa. In Haarlem en omstreken zijn en op twee of drie dagen een paar buitjes gevallen, en dan is het toch wel ‘pech’ om juist tijdens zo’n sporadische bui net op het IJmuiderstrand te rennen en daar van nabij zelfs een blikseminslag mee te maken. Schrikken! Vanwege de warmte loop ik nu ’s avonds vaak richting het iets koelere strand in plaats van de warme polder in. Van huis uit een mooi loopje van 14 kilometer tot aan IJmuiderslag en van daar uit weer met de (airconditioned!) bus terug. In deze tijd van het jaar kan ik dan vanaf het strand zo rond 21:30 de zonsondergang bewonderen.
Behalve het landschap is ook het lichaam veranderd. Het heeft zich perfect ingesteld op het verrichten van inspanning bij hoge temperaturen. Was ik vroeger helemaal kapot na een duurloop van een uurtje of twee bij een temperatuur van boven de 25 graden, nu draai ik mijn hand niet om voor een marathon onder het geweld van 28 graden of meer. Amersfoort (24C), de Bokemei Run (28C) en de Midzomeravond Marathon (29-30C bij de start). Toegegeven, de lage luchtvochtigheid en het passaat-achtige windje uit noordelijke tot oostelijke richtingen maken de warmte dragelijker dan de gebruikelijke drukkend-benauwde transportwarmte die meestal de basis vormt voor hitte-uitspattingen in dit landje aan de Noordzee. Toch begint de aanhoudende warmte afmattend te werken, niet in de laatste plaats door het slechte slapen tijdens de ‘tropische’ nachten. Overdag staat er vaak een lekker briesje, maar dat valt ’s avonds weg waardoor het moeilijk is om het huis te luchten. Voor zover dat überhaupt mogelijk is bij etmaalgemiddelden die uitkomen op ruim boven de twintig graden. Maar we zullen er wel aan moeten wennen, want het einde van deze superzomer is nog niet in zicht. Nadat er afgelopen zaterdag een eind kwam aan de officiële hittegolf die 13 dagen had geduurd en waarbij op twee dagen 38-plussers zijn gemeten, kondigt zich de volgende hittegolf alweer aan.
Nog een dag of tien en dan staat er weer een behoorlijke ultra op het programma. Vanaf nu moet ik het daarom wat rustiger aan gaan doen. Maar de afgelopen weken heb ik tijdens diverse trainingsloopjes weer volop kunnen genieten van het gevarieerde landschap in mijn eigen omgeving. Hieronder een impressie.
Hoe vaak ik al door het duingebied tussen Haarlem en het Noordzeestrand heb gelopen zou ik niet weten. Twee keer per week? Dat maakt al gauw honderd per jaar. Duizend of meer trails in het NPZK dus.
En daarbij natuurlijk altijd netjes op de toegestane paden gebleven :-).
Dan is het het natuurlijk een enorme verrassing om ineens op zo’n idyllisch plekje te staan. Vanaf het voetpad is het niet te zien, want het ligt verscholen achter de bomen en het oplopende terrein. Maar er loopt wel een ‘koeienpad’ naar toe en zo heb ik het gevonden. Ik heb het in afstandmeten.nl nog op de luchfoto proberen te vinden, maar zelfs bij diep inzoomen kon ik het niet zien. Misschien is het er ook wel niet altijd en is het ontstaan door de overvloedige regenval van dit voorjaar.
Als voorbereiding op een ultra loop ik meestal enkele ‘trainingsmarathons’. Omdat ik al zo vaak in de omgeving van Haarlem train zoek ik daarvoor ter afwisseling gebieden uit die wat verder van huis liggen en waar wat te zien is. Lopen als een toerist dus. Lange duurlopen waarbij tijd geen rol speelt zijn een uitstekende manier om plekjes te bezoeken waar je normaal gesproken nooit komt of aan voorbij rijdt.
Dit keer was het voormalige eiland Wieringen aan de beurt. Start- en finish lagen bij het NS-station van Anna-Paulowna. Het verste punt was de haven van Den Oever, vlak bij het begin van de Afsluitdijk. De route van bijna 50 km liep met de wijzers van de klok mee. Heen langs de wadden van Balgzand en Breehorn, terug via een diagonaal dwars door Wieringen heen en met een boog rond de zuidzijde het Amstelmeer.
Wieringen is al heel oud. Het is een in de ijstijd opgestuwde rug van keileem. Als je vanaf de Amstelmeerdijk komt aanlopen kun je dat goed zien en voelen. Het gaat voelbaar een stukje omhoog. Zodra je die ‘hobbel’ hebt genomen maakt de verlatenheid van de kale, met kaarsrechte wegen doorsneden vlakten van de Kop van Noord-Holland plaats voor een echte ‘eilandse’ intimiteit. Slingerende weggetjes omzoomd met oude bomen, met bloemen bezaaide ommuurde erfjes en kleine dorpjes. Op het kruispunt van de Strooërweg en de Smerperweg ligt op een plek waar vanouds een mystiek krachtveld wordt ervaren de zogenaamde ‘Heidense Kapel‘ , een in 2016 gereconstrueerd heiligdom dat daar vanaf ca. 700 stond.
De hele entourage doet denken aan die van de Hooge Berg op Texel. Amper 10 meter boven NAP, maar voor het gevoel op de een of andere manier tot in een onzichtbare sfeer omhoog reikend. Je staat er buiten de tijd. Hier zouden twee ‘Leylijnen‘ (geleidelijnen) elkaar kruisen, die je met een wichelroede zou moeten kunnen meten en waar ook dieren gevoelig voor zouden zijn. De overeenkomst tussen Wieringen en Texel is trouwens niet zo vreemd, omdat ze ooit één groot eiland gevormd hebben.
Lange-afstands hardlopen sluit goed bij zulke mystieke plaatsen aan. Hardlopen (maar ook wandelen) zijn mystieke bewegingen waaraan je de ‘oer-mens’ ontwaart. Iedereen die een uren- of dagenlange voetreis maakt kent deze ervaring die aan de pelgrimstochten ten grondslag ligt. Als je dan ook nog een door kerktorens gemarkeerde Leylijn op een ‘geheim eiland’ mag volgen gaat het lopen op een wonderbaarlijke manier helemaal als vanzelf. Dat kan misschien verklaren waarom ik vandaag zo onvoorstelbaar gemakkelijk liep, terwijl ik me thuis nog zó futloos en grieperig voelde dat ik me afvroeg of ik wel moest gaan.
Toen ik na de oude wierdijk overgeklommen te zijn Wieringen achterliet leken de vleugeltjes van mijn schoenen afgenomen te zijn. De eindeloos lange Lotweg richting Wieringerwaard was met tegenwind en onder de deprimerend lage grijze luchten nog een behoorlijke test voor het doorzettingsvermogen. Toen moest ik opeens denken aan mijn diensttijd, toen we in die omgeving ‘gedropt’ werden en in een zwaar onweer onze weg terug moesten zien te vinden. Dertig kilometer lopen met bepakking door regen, bliksem en duisternis was mijn eerste ‘ultra-beproeving’. En ik genoot er nog van ook.
Rondje Wieringen
28 april 2018
49 km
ca. 6 uur netto